Ik merk het al bij het opstaan. Waar ik normaal gesproken me verkwikt voel na een nacht(je) slaap, voelt dat nu niet zo. De vermoeidheid hangt als ketenen aan mijn hoofd, lijf en leden. Ik wil niets, ik kan niets.
Ik heb me tegen dit soort gedachten altijd verzet. Me verzet tegen mijn eigen lijf. Ik nam een paracetamol en gaf mezelf een schop.
Maar vandaag is het KetiKoti, de dag van de vrijheid! Ben ik een gevangene van mijn gedachten? Moet ik aan de slag omdat 'niets doen' geen optie is?
De ketenen van mijn ziekte moet ik niet zien als ketenen. Ketenen die ik de dag door moet zien te slepen. Ik denk ze om tot een deken. De deken zal vandaag mijn vriend zijn, een warme vriend die ik om mijn heen kan slaan. Een vriend die zegt dat niets doen goed voor jezelf zorgen is.
Mijn benen dreinen ondertussen als een stel kleine kinderen. ‘Ik ben zo moehoe.’ Ik trek de deken zo dat ik me enigszins comfortabel voel. Ik kruip in mijn relaxfauteuil. Dat is een heerlijke stoel van donkerblauw leer waarvan ik de rugleuning kan instellen en het voetengedeelte elektrisch omhoog kan doen. Zo ga ik ook zitten: heerlijk onderuit. Ik hou een kop koffie binnen handbereik en ik zet de televisie aan. Ik kies voor een oude aflevering van Outlander. Na een half uur zwijmelend naar Jaimie te hebben gekeken, voel ik me wat minder neerslachtig en ben ik in staat om nog een kop koffie te zetten. Nu kan ik ook wat gaan doen!
Ik pak de klussen aan met betrekking tot de scheiding: een boedellijst, het ouderschapsplan moet af, de financiële stukken bij elkaar. Na een twintigtal minuten voelt de deken alweer aan als de ketenen van vanochtend. Het dwingt mij om andere keuzes te maken. Terug naar mijn vriend, de deken. En naar Jamie.
Jamie Fraser (afbeelding van Wikipedia)
Comments